Lichamelijke verwaarlozing
Bij lichamelijke verwaarlozing komen ouders of opvoeders langdurig onvoldoende tegemoet aan de lichamelijke basisbehoeften van het kind, zoals eten, drinken, kleding en dak boven het hoofd. Het kind krijgt niet de verzorging waar het gezien zijn leeftijd behoefte aan en recht op heeft.
Ouders of opvoeders geven het kind bijvoorbeeld structureel te weinig, slechte of onregelmatige voeding. Er wordt ook gesproken van verwaarlozing als ouders het kind niet adequaat kleden, bijv. in vuile kleren laten rondlopen of in de winter nog in een T-shirtje buiten laten lopen. Het kan ook zijn dat ouders het kind onvoldoende beschermen, bijvoorbeeld tegen kou of gevaren. Ook het ontzeggen van noodzakelijke medische zorg is een vorm van verwaarlozing.
Gevolgen
Bij ernstige lichamelijke verwaarlozing loopt het welzijn of de ontwikkeling van het kind gevaar. Onvoldoende toezicht kan bijvoorbeeld maken dat een kind binnen- of buitenshuis een ongeluk krijgt. Te denken valt aan een peuter die een kop hete thee over zich heen trekt die op tafel staat zonder dat ouders in de buurt zijn om toezicht te houden.
Bij jonge kinderen kan lichamelijke verwaarlozing ook tot gedragsverandering leiden. Het kind huilt snel, is snel geprikkeld, is moeilijk te kalmeren of juist apathisch, maakt weinig oogcontact en reageert niet adequaat op menselijke stemmen en gezichten. Verder is er kans op een vertraagde ontwikkeling van de psychomotoriek en de spraak. Bij oudere kinderen kan het ook sociale gevolgen hebben, bijvoorbeeld doordat klasgenoten hen buiten sluiten als ze geregeld met vieze of stinkende kleren op school komen.
Lichamelijke verwaarlozing kan leiden tot zowel ondergewicht als overgewicht bij kinderen. Wanneer een kind (langdurig) onvoldoende of zeer slecht te eten krijgt, kan het ziek worden en zelfs een groei- en ontwikkelingsachterstand oplopen. Wanneer kinderen veel, vet of suikerrijk voedsel krijgen, lopen zij een kans op overgewicht, met alle mogelijke gevolgen van dien.